multilingual links

Switch to the English version of this blog.

Het laatste nieuws

Het laatste nieuws:
Onze trip in Zuid-Amerika zit er op. We hebben de hete Brazilaanse zomer weer geruild voor de koude, maar zonnige Montrealaise winter. Recent plaatsten we de nog de verhalen van Buenos Aires en Brazilie online.
Volg de links in de balk hierboven om terug te keren naar de verhalen per land. Wil je alle foto's nog eens bekijken klik dan hier.

1/25/2011

BRAZILIE

1. Rio de Janeiro
Waar beter de overgang naar het nieuwe jaar vieren dan op het strand van Copacabana in Rio de Janeiro... en zo geschiedde. We bezochten de belangrijkste toeristische plaatsen in de stad samen met Marc (Australie) en Fabiana (Rio de Janeiro, Brazilie), vrienden uit Canada en spendeerden de rest van onze tijd op het strand.
Je vindt hier het relaas van onze verschillende activiteiten in Rio de Janeiro.
De foto's van nieuwjaar op Copacabana, o Cristo, o pao de acucar en het strand vind je hier.

2. Teresopolis en Petropolis
Om even te ontsnappen aan de verzengende hitte van Rio de Janeiro maakten we een driedaagse trip naar de bergen in de buurt van Rio. We bezochten Teresopolis en het prachtige Nationale Park Serra dos Orgaos en verbleven een nachtje in het zomerverblijf van de keizer dom Pedro II, Petropolis.
Hier lees je wat wij er van vonden en hoe weinig we merkten van de grootste natuurramp die Brazilie sinds lang meemaakte terwijl wij gewoon ter plaatse waren.
De foto's van de twee steden, de Dedo de Deus en het park vind je hier.

3. Ilha Grande
Vanuit Rio de Janeiro zetten we langs de Costa Verde koers naar Sao Paolo. Onze eerste stopplaats was Ilha Grande, het grootste eiland voor de Costa Verde, dat in onze gids wordt omgeschreven als het paradijs op aarde. Het zal er niet ver naast zijn, zon, zee, strand, oerwoud, bergen, riviertjes, alles in een.
Lees hier hoe wij ons bezoek aan dit paradijs invulden.
De strand- en jungle-foto's vind je via deze link.

4. Paraty
Tussen Rio de Janeiro en Sao Paolo, in het midden van de Costa Verde, ligt het historische stadje Paraty. Via de haven van dit stadje werden in de 17de en 18de eeuw de rijkdommen van Brazilie naar Europa verscheept. Wij vierden Nele's verjaardag in de sfeer van het prachtige, authentieke en goedbewaarde historische centrum van de stad en maakten er een uitstapje naar de verlaten stranden van de eilandjes in de baai en eentje naar de watervallen in de Atlantische jungle.
Lees hier het hele verhaal.
Bekijk hier de foto's van het historische centrum, de schitterende stranden en onze zwempartijen onder de watervallen.

Paraty

Vrijdag 21 Januari 2011
Na de Ilha Grande - Angros dos Reis Ferry namen we de bus tot in Paraty, het centrum voor historisch toerisme in Brazilie, waar we iets na de middag aankwamen. We zouden hier 3 nachten verblijven en dan de bus nemen naar Sao Paolo om vanuit het busstation daar in een adem door te gaan naar de luchthaven. Voor de zekerheid controleerden we nog even om hoe laat onze vlucht zou vertrekken zodat we zeker op tijd in Sao Paolo zouden aankomen... Dit was de eerste keer dat het ons opviel dat we vanuit Rio de Janeiro en niet Sao Paolo zouden vliegen! Heel de reis waren we er -om de een of andere nog duistere reden- van overtuigd geweest dat we vanuit Sao Paolo zouden terugkeren. Niet dus. Op zich was dit geen probleem, we bevonden ons nog altijd dichter bij Rio de Janeiro dan Sao Paolo, maar voor alle zekerheid wilden we de vluchtgegevens nog eens online checken voordat we een bus boekten.
We namen een taxi-rit van 1 minuut tot aan het historische centrum van Paraty, waar geen auto's zijn toegelaten, om dan nog 3 minuten met onze bagage tot aan ons hostel te wandelen. Het was opnieuw snikheet en voor Nele waren die 3 minuten duidelijk teveel. Een beetje bevangen door de hitte sleepte ik haar daarom, na de nodige formaliteiten in het hotel, tot aan de zee om wat voor afkoeling te zorgen. Het zeewater was ook warm, maar het schaduwplekje op het strand liet haar toch terug op adem komen. We hadden ons hostel maar voor een nacht geboekt en zochten nog voor minstens een extra nacht een plaatsje dat niet in ons huidige hostel beschikbaar was. Bovendien bleek dit een verlengd weekend te zijn in Brazilie. De zoektocht naar een hostel kon dus moeilijk worden. Ik liet Nele achter op haar schaduwplaatsje op het strand en vertrok op missie. Niet veel later had ik een prachtige kamer kunnen vastleggen voor de volgende nacht aan een mooi prijsje. Tevreden wandelde ik door het historische centrum terug naar het strand. Op weg daar naartoe kreeg ik echter al spijt dat ik de kamer niet voor 2 nachten had vastgelegd, zo gezellig was het stadje... Ook Nele dacht er even later zo over en dus zouden we 's anderendaags nog een nachtje bij proberen te boeken.
Na heel het gereis en geregel schoot er van de dag nog enkel tijd over om wat mails te checken, foto's online te zetten, te douchen en uit te gaan eten en te genieten van een drankje op het stadsplein.

Zaterdag 22 Januari 2011
Naar Paraty kom je niet enkel voor een bezoek aan het goedbewaarde historische centrum van het havenstadje dat in de 17de tot 19de eeuw de hub was voor alle transport tussen Brazilie en Portugal, maar ook voor de prachtige baai en de schitterende eilandjes die zich in die baai bevinden. De beste manier om die eilanden en hun stranden te bezoeken is mee te varen op een van de goedgevulde, toeristenboten die met de tientallen 's morgens de haven verlaten. Wij bleven niet achter en vertrokken iets voor elf voor een boottocht langs vier eilandjes. Het eerste met goede snorkelmogelijkheden, het tweede met een klein strandje en een verborgen grot, aan het derde eilandje stopten we voor de lunch aan boord en een korte plons in het water en op de vierde locatie gingen we weer heel even snorkelen (niet te veel te zien) en rusten we wat uit op het strandje. Tegen vijf uur zetten we terug voet aan wal in de haven van Paraty.
Erg verheugd begaven we ons daarna naar het hotel dat ik voor Nele's verjaardagsnacht had geboekt... dacht ik, want eens daar aangekomen bleek dat er een geweldige miscommunicatie was geweest. De (oudere) dame met wie ik had gesproken dacht dat we de kamer voor vrijdag nodig hadden en niet zaterdag... Gelukkig vonden we nog relatief snel een andere kamer. We boekten wel de kamer die ik eerder op het oog had voor de nacht daarna. Na onze bagage naar verschillende plaatsen te hebben geferried, trokken we het stadje in voor een snel hapje en een kopje koffie. De gezelligheid van het stadje bleef ons bekoren.

Zondag 23 Januari 2011
Naast het historische centrum en de baai zijn de jungle en talrijke watervallen in de buurt de derde grote trekplijster van Paraty. Op zondag hadden we ons ingeschreven voor een jeep-tocht naar verschillende van die watervallen. In de goed met zetels uitgeruste laadbak van de jeep ontmoetten we een ouder, gepensioneerd Frans koppel dat 6 maanden per jaar in Brazilie woonde, per zeilboot naar hier was overgestoken en regelmatig tripjes maakten met hun boot. In Brazilie wonen is niet echt een must voor ons (alhoewel...het land bevakt ons enorm!), maar een zeilbootje kopen en daarmee wat rondreizen tijdens ons pensioen is een gezamelijke droom die in Canada ontsproten is en nu op reis steeds verder groeit... We zagen ons al helemaal in de huid van dat Franse koppel (misschien ook omdat de man was gezegend met een grijze krullenkop wat Nele wel beviel :-) ).
De eerste waterval die we bezochten was de Tobogan. Een naam die de waterval niet gestolen heeft, want je kan hier van bovenaan over de rotsen glijden tot in het water onderaan de waterval, een natuurlijke glijbaan. Best wel leuk, de eerste twee keren dat ik naar beneden ging. De derde keer liet ik me op mijn rug glijden wat een minder goed idee bleek. Ik kwam er echter vanaf met enkele kleinere bulten en een schrammetje. Regelmatig kwamen er heel wat ambitieuzere glijders naar beneden, rechtstaand, vooruit en achteruit en halfweg een klein sprongetje (met twist) makend. These were locals...
Nele had zich niet aan het glijden gewaagd, maar genoot des te meer van de frisse duik in de tweede waterval die we bezochten, o poco do Tarzan. Van daaruit wandelden we naar de eerste cachaca-distillerij die we die dag zouden bezoeken. Cachaca is de Braziliaanse rum, gemaakt van suikerriet en nog steeds een belangrijk exportproduct en het hoofdingredient van de Braziliaanse Capairinha. We proefden in deze distillerij enkele van de plaatselijke smaken (vooral die met kaneel was lekker) en deden wat soevenier-inkopen. Daarna namen we terug onze vertrouwde plaatsen in de jeep in voor een iets langere rit door de jungle om tot bij de schitterende Pedra Branca (witte steen) waterval te geraken. Niet ver daarvandaan lag de tweede distillerij, een replica van een nu geruineerder distillerij die bovenop een rotsheuvel in het oerwoud was gebouwd. Hier smaakte de chocolade-cachaca het best, alhoewel ik ook de traditionele koffie au bain marree, op traditionele wijze geserveerd in het oude woonhuis, kon smaken. De laatste stop was er eentje in de tuin van een restaurant aan een van de twee rivieren van Paraty, opnieuw in de buurt van een waterval. Wij waren op dat moment zo wel wat uitgezwommen, maar de verfrissende duik deed toch opnieuw deugd. Terug in Paraty namen we onze intrek in het prachtige kamertje in het prachtige koloniale gebouw, omgebouwd tot hotel waar ik eerder mijn zinnen al op had gezet.
Het was Nele's 28ste verjaardag en we hadden daags voordien al een restaurantje uitgekozen waar we dat in stijl zouden vieren. In een iets rustiger straatje van het historische centrum genoten we van een heerlijk avondmaal, live muziek klonk vanuit het restaurant, paard en kar passeerden, de temperatuur was zalig aangenaam, enkel de muggen hadden mogen wegblijven... Ik kreeg het van de cafezinho (cafeetje) aan het einde van de maaltijd heerlijk warm van binnen en de vriendelijkheid van de ober deed me al met heimwee terug denken aan de trip die tot een einde leek te komen. Se quiseres mais, pode ser (als je meer wil, ga je gang), ofwel feel free, be happy, live your life!

Maandag 24 Januari 2011
De trip zat er op. We waagden ons nog even in het oude centrum van de stad voor wat souveniers, maar waren vooral blij toen we aan de hitte konden ontsnappen als we op de bus naar Rio de Janeiro stapten. Vandaar was het met een andere bus tot aan de luchthaven en met een tussenstop in Atlanta naar Montreal. Nog 4 nachten en we zijn na net geen twee jaar terug in Belgie. It has all been absolutely fabulous, maar we zijn er ook beiden van overtuigd dat het, eens terug in Belgie, alleen nog maar beter kan worden.

Ilha Grande

1. Bootexcursies vanuit Abraao
Via Angros dos Reis kwamen we per veerboot aan in het hoofdplaatsje van Ilha Grande, Abraao. Hier installeerden we ons op een camping op een minuut wandelen van het centrum van de stad, spendeerden we een dagje aan een strand in de buurt en ondernamen we twee bootexcursies.
LEES MEER

2. Palmas
Dankzij de boottochten hadden we na het weekend al een belangrijk deel van het eiland bezocht. Nu was het tijd om op zoek te gaan naar de meer authentieke plekjes, daar waar de boten vol toeristen niet (mogen) aanmeren. Vanuit Abraao wandelden we door de jungle naar het strand van Palmas waar we vier dagen bleven hangen.
LEES MEER

Ilha Grande - 1. Bootexcursies vanuit Abraao

Donderdag 13 Januari 2011
Na de bus vanuit Rio de Janeiro namen we de veerboot vanuit Angros dos Reis om rond half zes aan te komen op Ilha Grande. We zetten voet aan wal in de hoofdplaats van het eiland, Abraao. Daar vonden we al vlug een kleine camping waar we ons tentje opsloegen. 's Avonds verkenden we het stadje, bestudeerden we het kaartje van het eiland en bespraken we de volgende dagen over Peixe Frito (gegrilde vis).

Vrijdag 14 Januari 2011
We waren er niet volledig uitgeraakt de avond voordien; we wisten nog niet hoe we ons verblijf op het eiland zouden invullen. Teveel mogelijkheden boden zich aan. Vanuit Abraao kan je boottochten of bootexcursies ondernemen naar de verschillende interessante punten van het eiland (stranden, baaien, naburige eilandjes, snorkelparadijzen, etc.), maar je kan ook van de ene naar de andere plaats wandelen via schitterende jungle-paden. Via die paden kan je ook op een week rondom het hele eiland wandelen. We overweegden alle opties en bespraken ze met de parkwachters (heel het eiland is een nationaal park). Tegen de middag waren er dan toch (min of meer) uit. We zouden 's anderendaags een boottocht naar de zuidelijke stranden van het eiland ondernemen en dan naar het strand van Palmas wandelen om daar enkele dagen te kamperen.
Voldaan, omdat we eindelijk de knoop hadden doorgehakt, trakteerden we ons die namiddag nog op twee strandjes die op wandelafstand van Abraao lagen. Het eerste strandje, comprida, is een klein strandje, maar we stopten er toch omdat we dringend toe waren aan verfrissing. Het was snikheet op Ilha Grande die dag (en alle andere dagen dat we er verbleven) en enorm vochtig. Wandelen gebeurt dan niet zonder moeite. Nadat we daar een uurtje hadden gezwommen en uitgerust waren van het nemen van die zware beslissingen in de ochtend besloten we om nog wat verder te wandelen. Het jungle-pad dat we volgden ging echter op en af en hier en daar was het een ware modderpoel. We waren dan ook heel erg opgelucht toen we 20-30 minuten later het strand van Abraaozinho hadden bereikt. Onze inspanningen werden echter beloond, het strand ligt ingesloten in een baai en er staat slechts een handvol huisjes en die zijn dan nog goed verscholen, bovendien zijn er veel minder toeristen en heb je een prachtig zicht op de Costa Verde (het vasteland). We waren al vrij dicht bij het verlaten strand op een onbewoond eiland waar naar we op zoek waren. We genoten er van een heerlijk zonnetje en namen nu en dan een duik (Nele vaak een heel erg diepe duik, i.e. ongeveer 20 cm :)) in het aangename en kalme water van de Atlantishce oceaan. Tegen zes uur waren we klaar om terug naar Abraao af te zakken. Voor we echter de tocht terug aanvatten, besloten toch maar even te verifieren hoeveel een taxi-boot naar Abraao ons zou kosten. Slechts 5 Real per persoon (2.5euro) zo bleek en de beslissing was snel gemaakt. Daarenboven was het nog een goed excuus ook om eens gebruik te maken van een taxiboot, een goed ingeburgerd systeem op het eiland.

Zaterdag 15 Januari 2011
We hielden ons keurig aan de planning en op zaterdag gingen we om half elf aan boord van de Agua Viva III, een scuner die gemakkelijk 150 mensen aankan en slechts half gevuld de haven verliet voor een tochtje naar de zuidkant van het eiland. Ik had niet te bijster goed geslapen op mijn leeggelopen matras die nacht en miste het zicht op de stranden Lopes Mendez en Santo Antonio. Ik was daarentegen wel goed uitgeslapen eens we Caxadaco bereikten. Daar deden we, na een korte poging in Ecuador, wat extra snorkelervaring op. Het aantal vissen bleef voorlopig nog binnen de perken, maar Nele spotte toch hier haar eerste Nemo-vis. Toen de misthoorn van de boot weerklonk om iedereen terug binnen de boot te roepen, regende het ondertussen al enkele minuten keihard. Onder een stevige stortbui zetten we koers naar onze tweede stopplaats, het strand van Dois Rios.
Het regende nog stevig toen we daar aankwamen en in plaats van onmiddellijk naar wal te zwemmen, of in de motorboot te stappen die je naar wal bracht, stonden de mensen op de boot wat verweesd voor zich uit te staren. Wij lieten het niet aan ons hartje komen en doken vanaf de boot het water in. Niet veel later stopte het met regenen en zwommen we naar het strand om te genieten van het zonnetje.
De derde en meteen laatste stop van de dag was het eiland, Ilha de Jorge Grego. Hier zetten we onze duikbril weer op, namen we de snorkel in de mond en gingen we drijvend op een spaghetti uit piepschuim, dit keer al met meer succes, op zoek naar de onderwaterfauna en -flora van de Atlantische oceaan. De duikoefening werd opnieuw verstoord door een enorme stortbui, nog heviger dan degene die we voordien hadden meegemaakt. We verlieten Ilha de Jorge Grego dus onder de kletterende regen, maar bereikten Abraao in een stralend zonnetje.
Niet voor lang echter. We waren nog maar net terug op onze kampeerplaats en het begon weer te stortregenen. De bodem had er duidelijk genoeg van en her en der liepen er nu beekjes regenwater over de kampeerplaats. Verschillende van die beekjes monden uit in een meer dat zich onder onze tent begon te vormen. We haalden vlug al onze bagage uit de tent, maar het water begon hier en daar al door het grondzeil van onze tent omhoog te komen. We versleepten onze tent nog naar een drogere plaats, maar slapen in die tent was er deze nacht niet meer bij. Gelukkig beschikten de sympathieke camping-eigenaars nog over een klein appartementje dat ze verhuurden. We konden daar, voor een kleine extra kost de nacht doorbrengen. Bagage droog, bed opgemaakt en tentje op een veilige plaats; we konden met een gerust gemoed op zoek naar een restaurantje, al wandelend door de regen die blijkbaar voor de tijd van het jaar heel erg normaal is; de zomer-stortbuien. De rest van de staat Rio de Janeiro (en Sao Paolo) dacht er waarschijnlijk anders over, op vele plaatsen was er zoveel regen gevallen dat de bodem het had opgegeven. Grondverschuivingen en overstroming maakten opnieuw verschillende doden die dag en nacht in Brazilie.

Zondag 16 Januari 2011
Omwille van de regen moesten we ons initiele plan om op zondag naar het strand van Palmas te wandelen aanpassen. Het pad zou er nu veel te glad en gevaarlijk bijliggen. We hopten dus opnieuw op een boot, dit keer een veel kleiner exemplaar van het vissersboot-type en zetten koers naar Lagoa Azul, de noorkant van het eiland. Het weer was schitterend (lees: het was weer veel te warm). Tegen half elf, voor de grote toeloop van boten aan het Lagoa Azul lagen wij al met snorkel en duikbril in het helderblauwe water. We maakten er een schitterend rondje rond een eiland dat bij laagtij via een landtong met het hoofdeiland (Ilha Grande) is verbonden. Nemo was van de partij maar dit keer met de honderden, verder zagen we nog veel van die blinkende visjes waarmee mensen in Belgie hun woonkamer-aquarium meestal wat opvullen, ik spotte een exemplaar met vinnen die tot zeilen uitklapten en het koraal was bedekt met zee-egels. De top-snorkel ervaring van onze trip.
Vanuit Lagoa Azul, de meest afgelegen bestemming die dag, begaven we ons naar Praia do Amor, een klein strandje waar een bergriviertje in de zee loopt. Heerlijk relaxen in het water, rustend op twee van die drijvende spaghetti-slierten. Onze lunchlocatie lag in de baai van Saco do Ceu, een klein dorpje diep verscholen in een baai. Onafhankelijk van de stormen op de oceaan, omwille van de beschutte ligging is de zee hier altijd zo vlak als een biljaartlaken. Wij hadden onze boterhammetjes mee; besparingen, het zuiden van Brazilie is betrekkelijk duur, maar snoepten later toch even mee van het heerlijk vispannetje dat voor een ouder koppel op onze boot te veel bleek te zijn. Na de lunch deden we nog een ander strandje aan in de baai van Saco do Ceu alvorens terug te keren naar Abraao. We hadden er de tweede zeer geslaagde boottrip van ons eilandbezoek op zitten.
In de wetenschap dat we de volgende dagen weer in de tent zouden doorbrengen besloten we nog een dagje in het appartementje op de camping te slapen. We wilden toch een beetje fris zijn voor onze wandeling van 's anderendaags het leek ons niet de moeite te lonen nu weer alles uit te halen om het s morgens weer te moeten opruimen.

Ilha Grande - 2. Palmas

Maandag 17 Januari 2011
We hadden op zondagavond onze kleinere rugzakken al volgestoken met het absoluut noodzakelijk. Na het ontbijt en de inkopen propten we ons eten er nog bij en plakten we de tent en de matrasjes tegen een van de rugzakken. We waren klaar voor onze jungle-wandeling naar het strand van Palmas. Iets voor elf uur velieten we Abraao, om elf uur zagen we er beiden uit alsof we met onze kleren aan in de oceaan waren gesprongen, zo nat van het zweet stonden we. Als vanouds was het snikheet en enorm vochtig. Tel daar nog bij dat het pad over een allesbehalve vlak terrein loopt, door de dichte jungle begroeiing die nog een schepje bovenop de vochtigheid doet en je weer waarom. Het was echter een schitterend pad doorheen een prachtige omgeving. Anderhalf uur nadat we de jungle waren binnengewandeld, verlieten we die weer om op het strand van Palmas aan te komen. Nele, over het algemeen net ietsje gevoeliger aan oververhitting dan ikzelf, stopte aan het begin van het strand om een duikje te nemen in de oceaan ter afkoeling. In ware zelfkastijding zette ik mijn weg verder om de 5 kleine kampeerplaatsen langs het strand te gaan vergelijken. We vonden uiteindelijk ons stekje bij Mario, de oude sympathieke eigenaar/beheerder, van de gezelligste en kleinste camping aan het einde van het strand van Palmas. Voor 10 euro sliepen we op een goedverzorgd stukje land met toegang tot douche en toilet op een pas van een restaurantje waar je voor 5 euro een volledige maaltijd kan krijgen en dat op nog geen pas van de oceaan! In de baai ligt een oud vissersbootje voor anker (we hebben het 4 dagen lang niet van plaats weten veranderen) dat het plaatje met op de achtergrond de Costa Verde compleet maakt. Het kan slechter. Hier gunden we onszelf onze verdiende rust met een (behoorlijk straffe) caipirinha naast het strandlaken. De maaltijd 's avonds (gefrituurde vis met een slaatje, frietjes en de onvermijdelijke farofa, feijao y arroz) op het strand met zicht op zee was heerlijk, de nachtrust zoals je mag verwachten op een leeglopende matras.

Dinsdag 18 Januari 2011
De topattractie van Ilha Grande is het strand van Lopes Mendez. Helderblauw water, puur wit zand en een baai waar geen boten zijn toegelaten wat het onbewoond eiland gevoel alleen nog maar versterkt. Vanop het strand van Palmas is het echter nog een uur wandelen tot aan Lopes Mendez. Op zich geen probleem, ware het niet dat het opnieuw was "om kapot te gaan" (vrij vertaalde Mieverse uitdrukking die zoveel betekent als "te warm om nog maar een voet te verzetten"). We zetten onszelf er overheen en vatte de tocht aan. Er waren nog toeristen die dag die een tripje naar Lopes Mendez hadden gepland en we deelden met hen het pad, i.e. we gingen ze voorbij als het bergop ging en werden vlot gepasseerd op de dalende stukken. Vanaf Pouco, het laatste strand met aanlegsteiger voor Lopes Mendez, nam het aantal mensen op het pad nog toe. Bij aankomst werden we verwelkomd door het verwachte helderwitte zand en de schitterend blauwe zee, maar ook door venters en een behoorlijk aantal andere toeristen. We hadden ons onbewoond eiland en verlaten strand nog niet bereikt. We gingen daarom nog voor een martelgang van een half uurtje in de vlakke zon om ons dan onder een schuin gegroeide palmboom te installeren. We hadden ons verlaten strand bereikt! Om het nog wat idyllischer te maken wees ik mezelf de taak toe om een van de kokosnoten op het strand te openen met op het strand aangespoeld materiaal (lees: wat hout en een plastieke zandschepje dat een kindje achtergelaten had). Verschillende notenkraak-afkoel cycli later was (tot onze grote verbazing) mijn missie geslaagd en kreeg ik van Nele mijn officiele Robinson-diploma. Het kokos-vruchvlees, vers van de kraak smaakte heerlijk! Tot ongeveer half zes genoten we van ons plekje alleen op de wereld en dan vatten we de terugweg naar Palmas aan.

Woensdag 19 Januari 2011
Het was ondertussen 25 dagen, van in Bariloche, geleden dat we nog eens een tekstje voor de blog hadden geschreven of onze foto's hadden geselecteerd. Hoog tijd dus om er nog eens werk van te maken. Bovendien kan je je moeilijk een betere locatie inbeelden voor wat rustig schrijf-en computerwerk dan op het strand van Palmas. Nele nestelde zich op haar strandlaken op het strand, ik positioneerde me op een stoel in de schaduw, met zicht op het strand, de oceaan, het vissersbootje en de Costa Verde, met de computer. Bemerk de voorbedachtheid, de computer had deel uitgemaakt van het "absoluut noodzakelijke" dat we vanuit Abraao door de jungle hadden meegenomen naar het strand van Palmas. Tussen het zwemmen door (we hadden er ondertussen een gewoonte van gemaakt om per dag een aantal keren tot aan het vissersbootje te zwemmen...wat toch wel ongeveer 100m van de kust lag), rusten naast Nele, sippen aan mijn pintje en babbelen met de locals (het Portugees bolde ondertussen behoorlijk) door, schreef ik wat aan de blog, met als gevolg dat er bij valavond nog heel wat bleef te schrijven. De beslissing om 's anderendaags nog tot laat in Palmas te blijven en er een gelijkaardige dag van te maken, viel snel.
Na het avondeten leende Mario me wat van zijn vismateriaal en spendeerde ik met enkele studenten uit Minas Gerais, naar Ilha Grande gekomen voor het verlengde weekend, enkele uren op de pier van Palmas. Resultaat, twee kleinere visjes voor Dries, waarvan eentje door mijn collega vissers gebruikt werd voor het vangen van een stuk of 7 grotere exemplaren. De setting was er eentje zoals je die alleen maar in dromen ziet. Op de houten pier, een heldere schitterende volle maan, weerspiegelt in het kalme water van de oceaan en in de verte nu en dan een bliksemschicht en donderslag.

Donderdag 20 Januari 2011
Ik had daags voordien de tijd genomen om mijn luchtmatras te repareren en sliep die nacht veel beter. Vol goede moed begon ik onmiddellijk na het ontbijt aan de blogteksten, vastberaden een heel stuk op te schieten vooraleer we 's avonds terug naar Abraao zouden wandelen. Ik wou al onmiddellijk een frisse Guarana em copo (vruchtensap op basis van Guarana zonder koolzuurgas of andere toevoegingen) bestellen, maar de barvrouw vertelde me dat ik nog even geduld moest hebben. De drankjes waren nog niet koud, maar de ijsboot kwam er al aan. En ja hoor, aan de andere kant van het strand zag ik het blauw-witte bootje over het strand hoppen, de zee in, tiental meters terug tot aan het strand en vandaar weer de zee in, enz. Dit was het bootje dat 's morgens het ijs naar de restaurantjes bracht om de frigo's bij te vullen. Geen elektriciteit hier. Jep, this is the kind of place where you have to wait for the ice-boat before you can have a cool drink! Ronduit schitterend. Ik wachtte heel erg graag tot de ijsboot voor mijn neus aanmeerde en de kerel die over het strand de boot overal volgde het ijs in ons restaurantje binnenbracht. Nog even en mijn Gaurana zou ijskoud zijn.
De rest van de dag was niet zo heel verschillend van die van daarvoor, buiten dat ik nu iets harder mijn best deed om meer op te schieten wat de blog betrof - en daarbij Nele bijna begon te verwaarlozen, dixit Nele -, en dat we ons tentje opbraken. Zon, zee en strand. Tegen half zes waren we volledig klaar om de terugweg naar Abraao aan te vatten. Met ons rugzakje inclusief tent en matjes op de rug en wandelschoenen aan stapten we vastberaden naar de andere kant van het strand waar het pad naar Abraao het oerwoud in liep. Net voor we dat punt bereikt hadden, hoorden we vanop het water plots: "Abraaaaaoooo, Abraaaaoooo, ...!". Een klein motorbootje, al goed gevuld met toeristen, vaarde langs de kust en de "kapitein" probeerde nog vlug wat klanten te ronselen. Vanop het strand riepen we hem toe hoeveel de trip kostte. Slecths 10 Real zo bleek. We hadden vlug onze wandelschoenen terug uit en stapten door het water naar het bootje dat al tot dichtbij het strand was komen varen. Vijftien minuten later ipv anderhalf uur later, stonden we terug in Abraao. Daar sloegen we ons tentje op op dezelfde camping als voordien en maakten we onze rugzakken klaar voor de terugtocht naar Angros dos Reis de dag nadien. We deelden nog een heerlijke pizza en kropen vroeg ons tentje in.

Vrijdag 21 Januari 2011
Op vrijdag schoven we, net zoals de andere dagen in Abraao, aan aan de kassa van de enige bakkerij in het stadje voor ons ontbijt en sleepten toen heel onze bagage naar de aanlegsteiger van waar we terug naar Angros dos Reis zouden vertrekken. Voor we de camping verlieten, kregen we van de geweldig vriendelijke en vrolijke bazin van het plaatsje nog allebei een T-shirt mee van Ilha Grande. In Angros namen we de bus richting Paraty, onze laatste stop voor Sao Paolo...

1/24/2011

Teresopolis en Petropolis

Zondag 9 Januari 2011
We bereikten Teresopolis in de vroege namiddag en vonden onze intrek in een hotel waar onze kamer met dubbel bed maar half zo veel koste als de kampeerplaats waar we de afgelopen twee nachten hadden verbleven. Zonder talmen begaven we ons naar het bureau van de toeristische informatie om uit te vissen wat we die dag en de dag erna zouden kunnen doen. Heel veel tijd schoot er die zondag niet meer over, dus besloten we al vlug om het Serra dos Orgaos park op maandag te gaan bezoeken. We stapten wel op een plaatselijke bus naar de zondagmarkt aan de ingang van het stadje Teresopolis. Aan honderden standjes werd er hier zowat van alles verkocht, kledij, koeken, gebak, handwerk, artisanalia, suikerrietsap, etc. Wij gingen er voor een ijsje en een gebakje nadat we eerder tussen de locals hadden plaatsgenomen aan de bbq-tafel voor een glaasje Guarana en copo (sap van de guarana-vrucht, het smaakt naar grenadine).
Vanop het marktplein wandelden we daarna tot aan het platform naast de hoofdweg tussen Rio de Janeiro en het gebergte dat uitzicht geeft op Rio de Janeiro (in de verte) en de Dedo de Deus (de vinger van God), een rotsformatie in de vorm van een hand met opgestoken wijsvinger, het bekendste landschapskenmerk van het park en de streek. Het weer was schitterend en het uitzicht werkelijk adembenemend. We hadden jammer genoeg onze camera vergeten, iets wat ons naar het einde van de reis blijkbaar meer en meer begint te gebeuren. Verzadigd denk ik. Na anderhalf uurtje te hebben rondgehangen aan het uitzichtpunt namen we een bus terug naar het stadje. Na een verfrissende douche gingen we op zoek naar een goedkoop restaurantje. Dat vonden we in een erg levendige straat op nog geen 2 minuten van ons hotel. Op de stoep hadden de verschillende cafe/restaurant-uitbaters hun plastieke stoeltjes en tafeltjes uitgestald en het bier vloeide er rijkelijk. De muziek kwam ofwel van cafe-gangers die hun gitaar of accordeon hadden meegebracht of uit de luidsprekers van de auto's die op straat geparkeerd stonden. Ons avondmaal koste 10 reais (5 euro) en daarvoor kregen we een biefstuk, een salade, frietjes, farofa (gekruide maniok-bloem, typisch voor Brazilie) en feijao e arroz (bonen in saus, ala feve au lard, met rijst, opnieuw typisch). De buik vol bleven we nog even zitten voor een Itaipava (plaatselijk biertje) en toen trok Nele zich terug naar het hotel om na te gaan of ze nog nieuws had ontvangen ivm de sollicitatie die ze lopende had. Ik bleef nog even hangen met de Franse studenten die we op de bus terug naar Terosopolis hadden ontmoet.
Toen ik een uurtje of twee later de hotelkamer binnenglipte was Nele nog steeds wakker. De sollicitatieprocedure voor de job die ze leuk zou vinden was stopgezet. Bij een gebrek aan regering in ons thuislandje was men op de immigratiedienst van Leuven, waar Nele aan het solliciteren was, niet zeker van het budget en dus kon men nog niemand aanwerven. Dankjewel dames en heren politici. De tijd die ik op straat in het feestgedruis op zondagavond spendeerde, had Nele gebruikt om al op zoek te gaan naar een andere job...

Maandag 10 Januari 2011
Op maandag stond er een bezoek aan het Nationale Park van Serra dos Orgaos op het programma. We probeerden nog even als Brazilianen binnen te geraken (helft van de prijs), maar vielen al snel door de mand toen de vrouw aan de ingang extra vragen begon te stellen over onze plannen eens in het park. Gringo-prijs dus. Aan het bezoekerscentrum werden we verwelkomd door een enthousisaste medewerkster die ons de nodige info bezorgde. Na een een korte sessie raad-je-plaatje met plaatjes van de plaatselijke fauna vertrokken we goed voorbereid en met proviand de jungle in. Het eerste wandelpad dat we namen bracht ons behoorlijk steil omhoog tot aan een punt dichtbij de Dedo de Deus met een prachtig zicht op de omgeving. De postkaart foto's spreken voor zich.
Terug op de hoofdweg van het park botsten we plots op 3-4 Tamandua's, mierenetende wasbeertjes. We benaderden ze eerst erg voorzichtig om ze niet te verschrikken, wat uiteindelijk toch gebeurde toen de fles water uit mijn handen glipte. De beestjes verdwenen even in het bos, maar kwamen na 30 seconden des te geinteresseerder terug het pad op. Nu waren wij eerder op onze hoede voor de beestjes die ons nogal resoluut benaderden. Het leverde alleszins leuke foto's op.
Na deze toevallige ontmoeting wandelden we verder naar het eindpunt van de hoofdweg waar we genoten van een welkome verfrissing in een natuurlijke douche. Heerlijk fris, een beetje koud zelfs vond ik persoonlijk. Met de maag vol van een broodjeslunch waren we daarna klaar voor het verhoogde pad dat vanaan de waterval vertrok. Dit aangelegde pad hangt 5-11 meter boven de grond van het oerwoud en geeft je zo een heel ander zicht op het bos. Je loopt dichterbij de kruinen van de bomen en kijkt nu eerder naar beneden dan omhoog. Een prachtige jungle-wandeling. Jammer genoeg hoorden we de aapjes wel, maar zien deden we ze niet. Mensenschuw die beesten.
Zeer tevreden over het park keerden we terug naar het centrum van de stad, slechts 15 minuutjes per bus, waar we op dezelfde plaats gingen eten. Op maandag is het feest in de straat minder uitbundig, maar het eten, de farofa, feijao en arroz (dit krijg je standaard bij je maaltijd, heerlijk) waren weer heel lekker en aan de overkant van de straat werden we nog vergast op een Capoera vertoning. Een groepje jongeren voerden er in aangepaste kledij een show op van de typisch Braziliaanse gevechtsdans op de tonen van live muziek. Ah, Brazil!

Dinsdag 11 Januari 2011
We were bound for Petropolis op dinsdag. Via een weg doorheen het park van de Orgaos bergen bereikten we iets voor de middag de zomer residentie van de voormalige keizer dom Pedro II en zijn regering. Omwille van het bewolkte regenachtige weer hadden we jammer genoeg niet ten volle kunnen profiteren van de ongetwijfeld schitterende omgeving waar we doorreden.
In Petropolis vonden we al snel een hotel dat ons aanstond, op twee stappen van de standplaats van de lokale bussen, en gingen we op zoek naar mijn vierde zonnnebril van de trip. Nummer drie had het net begeven. We bezochten er verder nog het Paleis van de Keizer die zijn naam aan het plaatsje gaf en de Kathedraal die in een omgeving ligt die aan Amsterdam doet denken: veel smalle riviertjes door de stad met kleine bruggetjes erover, enkel de fietsen ontbraken. Later die namiddag begon het te regenen en trokken we ons terug in een cafeetje waar ik me verder verdiepte in het boek "Higher than the eagle soars, a path to Everest" door S. Venables terwijl Nele haar volgende sollicitatie afwerkte (UHasselt dit keer, hopelijk hoeven zij niet te wachten op een regering om hun budget te kennen). De regen die 's namiddags was beginngen vallen hield heel de nacht aan en we hoorden maar later dat hij voor verschillende aardverschuivingen in Petropolis, Teresopolis en andere delen van de staat Rio de Janeiro had gezorgd. Met honderden doden was de regen die ons in een cafeetje had gejaagd de voorbode geweest van een van de ernstigste natuurrampen die Brazilie ooit heeft gekend. Het regenweer zou de volgende dagen in deze streek nog even aanhouden. Wij merkten er weinig van en sliepen rustig in ons hotelletje.

Woensdag 12 Januari 2011
Op woensdagmorgen namen we al vroeg, met regen op de snoet, een bus naar de rodoviaria van Petropolis om daar, na een koffie, sapje en chocolade croissant, op een bus naar Rio de Janeiro te stappen. We hadden nog geen enkele namiddag doorgebracht op het strand van Copacabana en het werd hoog tijd dat we daar werk van maakten!

Rio de Janeiro

1. Bij Fabiana's ouders
Onze eerste dagen in Rio de Janeiro verbleven we bij Fabiana's ouders in de wijk Jacarepagua van waaruit we een uitstapje maakten naar het financiele centrum van de stad. Twee gezichten, twee keer het echte Rio.
LEES MEER

2. Van oud naar nieuw in Rio de Janeiro
Op de laatste dag van 2010 verhuisden we naar de stranden van Rio de Janeiro om daar de overgang naar 2011 te vieren.
LEES MEER

3. Het strand van Ipanema en de toeristische attracties in Rio
Via via konden we goedkoop in een appartementje verblijven op 2 minuten van het schitterende strand van Ipanema. Dit werd voor verschillende dagen onze uitvalsbasis voor de toeristische attacties van Rio de Janeiro en onze locatie op een steenworp van de stranden. We hebben ons verblijf enkele keren verlengd. Het was moeilijk om er weg te geraken...
LEES MEER

4. De afgelegen wijken van Rio - Recreio
Na 7 dagen Rio de Janeiro hadden we beslist eindelijk onze trip verder te zetten. We mislukten in onze opzet. In plaats van Rio achter ons te laten beslisten we te gaan kamperen in een afgelegen wijk van de Capital.
LEES MEER

5. Terug in Rio - het strand van Copacabana en afscheid van onze Braziliaanse familie
Na drie dagen in hoger gelegen gebieden te hebben vertoeft, keerden we nog voor een dagje terug naar Rio waar we eindelijk ook eens een namiddag op het beroemde strand van Copacabana doorbrachten en afscheid namen van onze Braziliaanse familie.
LEES MEER

Rio de Janeiro - 5. Terug in Rio - het strand van Copacabana en afscheid van onze Braziliaanse familie

Woensdag 12 Januari 2011
We hadden in totaal al twaalf dagen in Rio de Janeiro, a Capital, verbleven, maar we hadden nog geen enkele namiddag op het strand van Copacabana doorgebracht. Copacabana zou dus onze volgende stop worden. We hadden op voorhand een kamer geboekt in het Mellow Yellow Backpackers hostel en deden niets liever dan onze bagage daar onmiddellijk achter te laten nadat we Rio weer hadden bereikt. Vlug even wat was afgooien bij de fast service wasserij, een pizza-tje binnenwerken en naar het strand. We hadden er ondertussen al een gewoonte van gemaakt op warme dagen een parasol en strandstoel te huren, samen voor 10 Reais (5euro), en nestelden ons op het strand van Copacabana. Onvermijdelijk bij een bezoek aan Rio de Janeiro. Dit is echter duidelijk het toeristenstrand. Hier hoorden we veel meer Engels, op Ipanema werd er steevast Portugees gesproken. De golven waren hier echter van hetzelfde kaliber als op Ipanema, pretty well built. We lieten het toeristische karakter van het strand er ons echter niet van weerhouden om met ons tweetjes te genieten op het strand van f**in Copacabana.
Tegen zeven uur begonnen we onze tocht naar het huis van Fafa's moeder waar nog een deel van onze bagage stond. Het koste ons uiteindelijk twee uur en een half om de avondspits te trotseren en aan te komen in Jacarepagua. We werden daar echter weer heel erg warm verwelkomd en het eten dat we voorgeschoteld kregen, dit keer bereid door Marc, was opnieuw uitstekend. Tegen half elf namen we afscheid van onze Braziliaanse familie en onze "Canadese" vrienden en keerden terug naar Copacabana. Een half uurjte strand voor het slapengaan en morgen eindelijk (jammer genoeg) definitief weg uit Rio de Janeiro.

Donderdag 13 Januari 2011
Al vroeg in de ochtend begaven we ons, gepakt en gezakt, richting o rodoviario (bus terminal). Rond de klok van 11 stapten we daar op een bus naar Angros dos Reis om dan onmiddellijk de oversteek naar Ilha Grande te maken waar het paradijs op aarde op ons lag te wachten.

Rio de Janeiro - 4. De afgelegen wijken van Rio - Recreio

Vrijdag 7 Januari 2011
Op vrijdag werden we voor de laatste keer wakker in ons appartementje in Ipanema. We zouden die dag naar de bergstadjes in de buurt van Rio vertrekken. We hadden echter beiden nog niet genoeg van het strand en de oceaan, zeker nu de zon er vollebak doorkwam. We besloten dus nog wat langer in Rio de Janeiro te blijven. In een (mislukte) poging om geld te besparen zouden we naar de enige camping in Rio te trekken. Deze camping; Camping club do Brazil, ligt op een uurtje per bus van Ipanema, redelijk ver dus. We wilden dat uur niet in het heetst van de dag in de bus doorbrengen en nestelden ons dus nog maar eens op het strand van Ipanema voor een heerlijk dagje rust en zon. Uiteindelijk zaten we pas tegen negen uur half tien op de bus naar Recreio, de wijk waar de camping ligt. Het werd nog een heus huzarenstukje om op tijd (voor elf) op de camping aan te komen, maar slaagden er na veel vijven en zessen toch in. De Brazilianen zijn zeer behulpzaam, maar helpen niet altijd, vekeerde busstop, foute weg, verkeerde richting aanwijzen voor taxis, hier, nee daar... Van het kastje naar de muur. De camping bleek uiteindelijk even duur als de laatste dagen in ons appartementje (daar konden we de prijs wel door vieren delen dankzij Marc en Fabiana), maar we zagen weer een ander stukje van Rio.

Zaterdag 8 Januari 2011
De hele zaterdag spendeerden we samen met vele anderen op het strand van Recreio. Het was duidelijk dat we nu uit het toeristische internationale Rio vertrokken waren. Hier vond je enkel Brazilianen en vaak van Afrikaanse afkomst, het percentage Europeanen of Europees uitzienden was minimaal, ik denk dat er ongeveer twee Europeanen op het strand zaten naast 800 Brazilianen. In het stadje/centrum van de wijk ging ik nog op zoek naar gasflesjes voor ons gasvuurtje om zelf op de camping iets te koken. Na twee uur opnieuw van het kastje naar de muur te worden gestuurd kwam ik uiteindelijk bij de Bazao-verkoper, de man die in gasflessen handelt, van het stadje terecht. Hij wist me te vertellen dat ik hetgeen ik zocht hier niet zou gaan vinden. Dankuwel, eindelijk was er iemand duidelijk. Ik had wel genoten van mijn wandeling door het "echte" Brazilie, het "echte" Rio de Janeiro, niet langer flatgebouwen, eerder kleine huisjes, mensen die meer op straat leven, wat zitten te keuvelen, een biertje drinken op een geimproviseerd terras, een stinkende vuile beek naast de hoofdweg ook... Brazilie!
Geen gas, dus deelden we een pizza in het stadje nadat we beiden het gevoel hadden lang genoeg in het zand te hebben gelegen en mensen te hebben gekeken. Net zoals de avond voordien spendeerden we de laatste uren voor het slapengaan nog op het strand, kijkend en luisterend naar de enorme golven die op het strand sloegen en die ons 's morgens nog met de hoofden tegen elkaar hadden doen botsen.

Zondag 9 Januari 2011
We haddden nu anderhalve week in Rio de Janeiro gespendeerd en het werd hoog tijd om onze trip verder te zetten. Met pijn in het hart verlieten we dan ook de stad, maar het vooruitzicht was mooi want de bergstadjes Teresopolis en Petropolis wachtten op ons. De eerste etappe van onze reis naar de bergen was echter niet van de poes. Met heel onze bagage begonnen we aan de wandeling van 20 minuten naar het stadje waar we gisteren op het strand hadden gezeten om daar de bus naar het busstation in het centrum van Rio te nemen. Op zich niet zo een groot probleem, maar een temperatuur van 32C en een vochtigheidsgraad van 85% maakt het allemaal iets minder draaglijk. Toen we het echt niet meer zagen zitten, stopte ik een willekeurige bus die ons toevallig volledig tot in het busstation van Rio, een uur verder, zou brengen. Nele had nog een half uurtje bussen nodig om haar lichaamstemperatuur terug op pijl te krijgen, maar we waren goed en wel op weg naar Teresopolis.

Rio de Janeiro - 3. Het strand van Ipanema en de toeristische attracties in Rio

Genoeg gefeest, gerust en gezwommen, het was tijd voor die-hard toerisme. Opdracht een was een tocht naar het grote standbeeld van Christus op de Corcovado, waarop we vanuit ons appartement een prachtig zicht hadden. Eens aangekomen aan het treinstationnetje vanwaar je de trein naar het beeld neemt, bleek echter dat we niet de enigen waren die tot 2 januari hadden gewacht om naar "O Cristo" te gaan. De rij wachtenden was ons te lang en we besloten ons bezoek nog enkele dagen uit te stellen. Ter vervanging wandelden we nog wat door de xxxxx.... wijk en namen we daarna de metro naar het einde van Copacabana. Van daaruit wandelden we 10 minuten tot aan het Nationale Park "Lage", waar Fabiana vroeger nog vakantiewerk had gedaan. Net buiten de stad zaten we na enkele passen al volledig in het oerwoud en vanop de top van de heuvel waarover het pad dat we volgden leidde, hadden we een schitterend zicht op het lagoa Rodrigo de Freitas, het meer dat net ten noorden van Ipanema en Leblon ligt, en op O Cristo. We kookten die avond zelf in ons appartementje, maar moesten uiteindelijk toch onze toevlucht nemen tot brood en kaas omdat de kruidensaus die we hadden gekocht net iets zouter was dan we hadden gedacht. Dit was erger dan heel de dag zeewater drinken...
Maandag 3 Januari 2011
Absoluut niks gepland voor maandag en als je op een steenworp van het strand verblijft betekent dat zon, zee en strand. De zon liet het in het begin van de dag echter nog al afweten, in feite was de zon sinds onze aankomst in Brazilie nog nooit echt volledig door het wolkendek gebroken en hadden we er vooral wisselvallige dagen opzitten met behoorlijk veel motregen. Jawel dit is de zomer in Brazilie, het was blijkbaar perfect normaal voor de tijd van het jaar. Bij gebrek aan zon en met toch behoorlijk plakkend weer besloten we eerst nog eens via internet te achterhalen of we in Belgie al een regering hadden, niet dus. Dan maar naar het strand. Tegen de avond maakten we een heerlijke spaghetti klaar (veel beter dan die zoute brie de dag voordien) en vergezelden we Marc en Fafa die met Fabiana's schoolvriendinnen in Leblon, de wijk ten oosten van Ipanema, hadden afgesproken. We zouden normaal nog een nachtje in ons appartementje kunnen verblijven, veel te kort vonden wij en in mijn meest charmante, gebrekkige Portugees belde ik de oudere vrouw die ons het appartementje verhuurde om nog enkele nachtjes langer te kunnen blijven. Mission accomplished, we beklonken een, voor de locatie, superdeal voor 5 extra nachten. Happy, happy, joy, joy, zalige nachtrust, wetende dat we nog wat langer in ons stekje konden blijven.
Dinsdag 4 Januari 2011
Op dinsdag besloten we een tweede poging te wagen om de Cristo te bezoeken, dit keer met meer succes. Rond de middag stonden we aan de voet van het bekendste (stand)beeld van Rio de Janeiro. Niet alleen het immense beeld zelf is indrukwekkend, maar ook het zicht dat je van op de Corcovado hebt over de stad is de moeite van het treinritje waard. Na hier een half uurtje te hebben rondgehangen daalden we een stukje te voet af door de jungle die de berg bekleed. Halfweg stapten we opnieuw in het treintje. Terug in de stad splitsten onze wegen, Nele, Marc en Fafa stapten uit de bus in Copacabana om op zoek te gaan naar een nieuwe bikini voor Nele en een zwemshort voor Marc. Ik begaf me naar Ipanema om de betaling van ons appartementje te regelen. We kwamen elkaar weer tegen op het strand van Ipanema, of waar anders... 's Avonds gingen we met zijn allen uit eten aan de rand van Lagoa Rodrigo de Freitas. Een heel mooi restaurantje op een superlocatie en met erg aangenaam gezelschap...volop genieten. Voor het slapen gaan besloten Marc en ik de golven, die nu nog groter waren geworden in de duisternis te trotseren. Onder begeleiding van een volleerd surfer slaagde ik er ook voor het eerst in mijn leven in om zonder enig hulpmiddel (dus ook zonder surfplank) mee te 'surfen' op golven hoger dan anderhalve meter. Nice! Yeah (denk er een surfers handshake bij)!
Woensdag 5 Januari 2011
We hadden al een groot deel van de rijkere, mooie en moderne kanten van Rio gezien en vonden dat het tijd werd om ook het "andere Rio" te bezoeken. Zo gezegd, zo gedaan stapten we op woensdagmorgen een busje in dat ons zou meenemen op een toer door enkele Favelas; de sloppenwijken waarmee de heuvels in Rio de Janeiro zijn volgebouwd. De eerste Favela, gebouwd rond de route van een oud Formule 1 circuit was meteen indrukwekkend. De Favela Rocinha loopt van de ene flank van een heuvel/berg door over in de andere flank van de heuvel. Immens dus. We stopten er voor het schitterende zicht over de stad waarover de favela-bewoners, vaak mensen die in de hotels, restaurants, condominos, flatgebouwen of in de bouwsector in Rio werken, beschikken. Stop 2, op het terras van een van de gebouwen in de favela, gaf een goed idee van de grootte van de wijk en de nabijheid van de rijkere buurten en het strand. De favela loopt werkelijk over in een van de rijkste wijken van Rio, de scheidingslijn, een autosnelweg, is flinterdun. We stopten later op de voormiddag nog in een veel kleinere favela (2000 inwoners) waar we een prive-favela-schooltje bezochten en door de smalle straatjes van de favela wandelden, iets wat als 'te gevaarlijk' wordt beschouwd in Rocinha. De algemene indruk die ik aan de trip overhield was dat het met de mensen in de favela helemaal niet zo slecht gaat. Ze zien er gelukkig uit, hebben behoorlijke huizen (veel beter bijvoorbeeld dan in de sloppenwijken rond Kaapstad) en vele bewoners hebben de financiele mogelijkheden om de favela te verlaten, maar blijven liever in hun huis in de sloppenwijk. Het is hun goed recht. Ik vergeet hier gemakkelijkheidshalve wel even dat de mensen steeds onder druk staan van de drugsbendes die voor "bescherming" zorgen in ruil voor absolute zwijgplicht naar de legale overheden toe. De Braziliaanse en gemeentelijke overheid doet er alles aan om de sloppenwijken te pacificeren, i.e. politiemacht binnen te brengen zodat de drugsbendes niet langer gewapenderhand gehoorzaamheid kunnen afdwingen. Ze slagen daar behoorlijk goed in, en dat mag ook. Brazilie host de wereldbeker in 2014 en Rio de Janeiro de Olympische spelen in 2016... It better be safe.
Namiddag: zon (tussen de wolken en regendruppels door), zee en strand.
's Avonds was het weer tijd voor een stapje in de uitgaanswereld. We begaven ons naar Lapa, de wijk naast Santa Teressa, de place to be voor een biertje en de Samba. Het was er supergezellig, alle mensen op straat, live muziek in alle cafe's en hier en daar een samba-bandje dat de mensen aan het dansen kreeg. Het doet hard denken aan Bairro Alto in Lissabon voor zij die er ooit geweest zijn. Minstens even cool vond ik onze rit in een minibusje terug naar Ipanema. Het was een busje dat een van de favela's als eindbestemming had en zat dus vol met zingende, slapende of mokkende locals en... Nele en ik. Hier houd ik van! Feeling local.
Donderdag 6 Januari 2011
Dit zou de laatste dag zijn voor Marc en Fabiana samen met ons in het appartementje, wij zouden s anderendaags verder reizen. Hoog tijd dus voor die andere must-do in Rio de Janeiro, o Pao de Acucar, het suikerbrood, twee grote rotsen in de vorm van een suikerbrood die zo typisch zijn voor het landschap van a Capital. We hadden besloten om te voet tot op de eerste rots te wandelen, Morro da Urca. In het vertrekpunt, Urca, aangekomen bleek het echter veel te heet om aan de beklimming te beginnen. Geen wolkje aan de lucht die dag en dus 34C en veel te vochtig. We besloten dus even op het strand van Urca te blijven kamperen. Nu en dan sprongen we in zee om te verfrissen, maar niet echt om te zwemmen. Dit was het vuilste strand dat we in Brazilie al hadden gezien en zouden gaan zien. Tegen vier uur was het iets of wat frisser en besloten we omhoog te gaan. Net na ons vertrek begon het, godzijdank, lichtjes te regenen. Even later was het echter weer warm en nog vochtiger. Met andere woorden, we waren blij toen we op de rots aankwamen. Daar vleiden we ons neer op een van de vele bankjes die het balkon rijk is en genoten we van het schitterende zicht, Flamengo, Botafoga, O Cristo, Corcodova, de luchthaven met nu en dan een landend of opstijgend vliegtuig, etc. De kabelbaan naar de tweede, hogere rots was ons iets te duur en dus hielden we het bij deze eerste stop die zeker al aan de verwachtingen voldeed. We namen de kabelbaan terug naar beneden, keerden met zijn allen terug naar het appartementje waar Marc en Fabiana hun bagage oppikten en terugkeerden naar Jacarepagua waar Fafa's moeder en Serge wonen. Wij namen kaas en wijn mee naar het strand van Ipanema en genoten van de rust aan de rand van een woeste zee.

Rio de Janeiro - 2. Van oud naar nieuw in Rio de Janeiro

Vrijdag 31 December 2010
This is it, hiervoor waren we naar Rio de Janeiro gekomen, we zouden de overgang naar het nieuwe jaar, later op de dag, vieren op het strand van Copacabana. Via de vriendin van de moeder van een vriendin van Fabiana (jawel) vonden we samen met Marc en Fafa een studio/appartement op twee blokken van het strand van Ipanema, net naast het strand van Copacabana. We gooiden er vlug onze bagage af en begaven ons met zijn vieren naar het strand. De eerste kennismaking met echte oceaangolven was redelijke impressionant. Ik slaagde nog wel voorbij de branding te geraken, voor Nele liep het minder vlot, na een keer of drie tegen de grond te zijn gekwakt trok ze zich met de maag vol zoutwater en braakneigingen terug op het zalige zandstrand van Ipanema. Veel beter daar dan in zee. Tegen valavond begaven Marc en Fafa zich naar Fafa's tante in Copacabana, wij maakten ons nieuwjaarklaar in ons appartementje. Om Marc en Fafa te gaan vergezellen wandelden we later, bij zonsondergang langs het strand Ipanema tot aan Copacabana. We speelden met zijn vieren een vlug "hapje" binnen in Copa en begaven ons dan tussen de menigte op het strand. We flanneerden langs de verschillende podia die op het strand stonden opgesteld, waarbij de muziek omsloeg van rock, naar dance, over hiphop tot aan de samba carnavalmuziek. Aan dit typisch Braziliaanse podium bleven we even hangen voordat we rechtsomkeer maakten om op tijd terug aan het begin van het strand te zijn zodat Fabiana, voor het eerst in 3 jaar, het begin van het nieuwe jaar met haar familie kon meemaken. Voor de kust hadden zich ondertussen al een stuk of 8 cruise-schepen verzameld die speciaal op deze dag naar hier waren gevaren om van hetzelfde indrukwekkende vuurwerk te genieten waarvan wij aan het begin van 2011 getuige waren. Ruim een half uur tot drie kwartier na middernacht doofde de laatste vuurpijlen, waarvan er verschillende de camera in "overexposure" hadden doen gaan, uit. Het feest ging echter verder. We keerden terug naar het podium dat we twee uurtjes eerder hadden verlaten voor meer carnaval-muziek, kochten onderweg een biertje bij de talrijke private bierstandjes en maakten onze eerste cachasa (Brazilaanse Vodka) mix. Na een tijdje begon de caranavalsmuziek toch wat eentoning te worden en besloten we aan de rand van de oceaan wat te genieten van het begin van het nieuwe jaar en wat mensen te kijken. Behoorlijk wat mensen met een glaasje te veel trotseerden de golven waar andere al dan niet rechtstand in stonden/zaten te pissen. Hier en daar zagen we menig individu behoorlijk wankelen of ondersteund door vrienden de weg naar huis vinden... Tegen half vijf begonnen we aan de tocht terug naar het strand van Ipanema, waar we een uurtje later moe maar voldaan in ons bedje crashten. 2011 was goed begonnen!
Zaterdag 1 Januari 2011
Het is verboden om op 1 januari voor de middag op te staan en we zondigden niet. Eens die horde was genomen, leek het ons best wat uit te blazen op het strand, 2 minuten wandelen konden we nog net aan. Nele had het onder-de-golven-door-duiken nu al beter onder de knie en het werd, tussen de regendruppels door, een zalige, relaxe namiddag. Voor het avondeten hadden we kaas en wijn voorzien die we opsmulden op de rotsen van Arpoador, de scheidingslijn tussen het strand van Ipanema en Copacabana. De verlichting is hier beter dan die van het A-terrein van Meeuwen SK en de surfers profiteren daarvan door tot in de late uurtjes bezig te blijven. Voor Marc, Australier en surfer, was dit het walhala - surfing by night - ik was vooral gefascineerd door de joekels van vissen die de talrijke plaatselijke vissers op de rotsen uit het water haalden. Er werd met de lijn en met netten gevist - succes gegarandeerd op deze plaats zo bleek. We zakten nog af naar een cafeetje in Copacabana om Fafa's neef te leren kennen en meteen kennis te maken met de barcultuur in Rio. Je betaalt niet onmiddelijk voor je biertjes, maar krijgt van de ober een kaartje waarop hij streepjes trekt voor elk pintje dat hij je serveert. Aan het einde van de avond betaal je alles. Prachtig systeem, zeker omdat Fafa's neef, een erg plezant persoon, er op stond voor elke "chop" (getapt pintje) te betalen.

Rio de Janeiro - 1. Bij Fabiana's ouders

Woensdag 29 December 2010
Iets na de middag landen we op de luchthaven van Rio de Janeiro. We waren aangekomen in Brazilie. Aan onze lessen Spaans zouden we vanaf nu niets meer hebben, we hadden het Portugees sprekende deel van Zuid-Amerika bereikt. Onze reis zat er op, vanaf nu zouden we het een stuk rustiger aan doen, de vakantie was begonnen. Het was ook de eerste keer dat er iemand ons zou staan opwachten. We hadden Montreal met stille trom verlaten, just the two of us en gedurende drie maanden namen we bus na bus, vlucht na vlucht om steeds op een nieuwe, onbekende plaats aan te komen, just the two of us. Nu stonden Marc en Fabiana, hij een Australier, zij van Rio de Janeiro, born and raised, vrienden die we in Canada hadden leren kennen, ons op te wachten. We waren allebei een beetje zenuwachtig om hen terug te zien, terug bekende gezichten te zien, maar het deed enorm deugd. Met de auto van Fabiana's (Fafa voor de vrienden) stiefpa, Serge, begaven we ons naar de Estrada Pau Ferro, aan het begin van de Linha Amarello (de gele lijn), de autosnelweg die Rio binnen loopt.
We installeerden ons in hun huis, onderdeel van een condomino, en spendeerden de rest van de namiddag met het verkennen van de buurt die Jacarepagua heet. Deze buurt, zoals de meesten in Rio de Janeiro, is opgebouwd uit condomino's, winkeltjes en cafeetjes. Zo een condomino is een verzameling van een honderdtal (bijna) identieke rijhuizen binnen een omheind terrein dat verder een zwembad, bbq-plaats, feestzaaltje, voetbal- en volleybal-pleintje etc. bevat. Je wandelt er binnen langs de grote poort waar de portier, die weet wanneer welke bus naar waar voor de condomino passeert, je vriendelijk begroet. Iedereen kent er iedereen,... behalve ons, de gringo's! Die eerste namiddag in Brazilie was onmiddellijk heel erg gezellig. Ik kocht mijn eerste Havaianas, de typische Braziliaanse flip-flops en een absolute must in Brazilie, en we zetten ons aan tafel op een van de vele goedgevulde terrasjes op de stoep voor onze eerste Skol (pilsbier). We bestellen een grote pint voor ons vier, de ober brengt er drie in een grote emmer ijs, opent er onmiddelijk twee en is later verwonderd dat hij de derde fles niet hoeft open te doen. We moeten naar het huis voor een heerlijk "snack"-avondmaal; broodjes met beleg en vijf a zes soorten nagerecht (cake, zoete bananen, gebak, jelly, fruitpate), allemaal even lekker. Met de buik goed, te, vol kruipen we ons bed in. Welkom in Brazilie!
Donderdag 30 December 2010
Vastberaden om de familie niet te veel te last te zijn, Marc niet te veel te hinderen bij zijn eerste kennismaking met de schoonfamilie na een relatie van een jaar en Fafa niet te storen nu ze haar familie voor het eerst in drie jaar terug ziet, hadden we besloten om op donderdag het centrum van de stad te gaan bezoeken. Dankzij een stevig en uitgebreid ontbijt en de typische lange Braziliaans afscheidprocedure kwamen we daar maar tegen de middag aan met bus nr 2111. Het was even zoeken naar het bureau van de toeristische informatie, waar we een enorm handig kaartje van de stad meepikten (we namen eigenlijk 3 stuks mee, je weet maar nooit). We lunchten in de plaatselijke Mc Donalds waar we door de plaatselijke studenten hartelijk werden welkom geheten in hun stad. We wandelden door de winkelwandelstraat van Praca X naar Praca 15 langs de oudste, de mooiste en de belangrijkste kerk van de stad (3 verschillende examplaren), langs het opera/theater-huis tot aan de boot-terminal en ploften ons dan neer in een overvolle straat met de plaatselijke bedienden die de eindejaars/zomer-vakantie aan het inzetten waren. Overal feest, pintjes, gezang, neerdwarrelend papier,... dit is Rio de Janeiro. Terug in Jacarepagua, met de hulp van de locals op bus nr 2111, propten we ons opnieuw vol met brood, beleg en dessert alvorens, na een uiteenzetting te hebben gegeven over het verloop van onze dag, opnieuw ons bedje in te kruipen.

CHILI-ARGENTINIE

1. Road trip in Noord-Argentinie
Onze eerste stop in Argentinie was Salta. Daar ontmoetten we Paul en Sanne opnieuw en huurden een auto voor een road trip door Noord-Argentinie. Deze trip bracht ons van Salta via Cafayate, Tafi del Valle, Cordoba en Mina Claveros tot in Mendoza. Wine, Soccer and Scenery.
Lees ons verhaal hier.
De foto's vind je hier.

2. Santiago de Chile
Na onze road trip staken we de grens over naar de hoofdstad van Chili, Santiago. We waanden ons even in een Europese grootstad.
Hier lees je hoe wij de stad ervaarden.
De foto's van de grootste Chileense vlag ooit vind je hier.

3. Punta Arenas
4 uurtjes vliegen vanuit Santiago bracht ons in Punta Arenas, de meest zuidelijke stad van Chili. We zitten plots in Patagonie, kan het exotischer?
Hier lees je wat we van het stadje vonden en waar de pinguins zich schuil hielden.
De foto's vind je hier.

4. Torres del Paine
Vijf dagen lang trokken we, gepakt en gezakt, door het schitterende nationale park Torres del Paine in het uiterste Zuiden van Chili. Hoge pieken, helblauwe meren, krakende gletsjers en mooie bloemenvelden. Een van de absolute hoogtepunten van heel onze trip.
Lees hier het verhaal.
De schitterende foto's vind je hier.

5. Parc Nacional de los glaciares
We staken terug de grens over en samen met Pieter en Mieke huurden we in El Calafate (ARG) een auto voor een bezoek aan het Nationale Park der Gletsjers. Absolute blikvanger hier is de Perito Moreno gletsjer; immens en je kan er enorm dicht bij de vallende ijsblokken komen.
Lees hier het verhaal.
De foto's vind je hier.

6. El Bolson en Lago Puelo
In El Calafate stapten we op een bus voor een schitterende 28u durende rit langs de verlaten route 40 naar El Bolson. Daar genoten we een dagje van wat het stadje te bieden heeft en spendeerden we een tweede nacht in ons tentje in het Parc Nacional de Lago Puelo.
Lees hier het verhaal.
De foto's vind je hier.

7. Bariloche
Bariloche ligt in het midden van het Parque Nacional Nahuel Haupi, aan het gelijknamige meer. Het stadje staat bekend als de chocolade hoofdstad van Argentinie en is er de grootste binnenlandse toeristische trekpleister. Het landschap is er postkaart-klaar.
Lees hier over onze ervaringen in Bariloche en het nationale park.
De foto's vind je hier.

8. Buenos Aires
Onze laatste stop in Argentinie was de hoofdstad Buenos Aires. Hier werd Maradonna groot, ontstond de Tango, hier praten de mensen nog steeds gepassioneerd over Eva Perron, is shoppen tot een kunst verheven en vertrekt tegenwoordig de Dakar-rally. We weten er nu meer over.
Via deze link kom je meer te weten over ons verblijf in BA.
De foto's vind je hier.

Buenos Aires

Zondag 26 December 2010
In de loop van de namiddag stapten we over het tarmak van de nationale luchthaven van Buenos Aires naar het luchthavenbusje dat ons enkele meters verder tot in de terminal bracht. We hadden op voorhand een hostel geboekt en het kostte ons even moeite om uit te vissen hoe we best tot in dit hostel konden geraken. Bleek dat het ons slechts 10 minuten en 20 pesos (4-5 euro) zou kosten om met de taxi aan de deur te worden afgezet. Zo gezegd zo gedaan en tegen 4 uur wandelden we al door de winkelbuurt van Palermo. Al snel vond Nele haar kleedje voor oudejaar en we genoten na van de aankoop met een heerlijke milkshake op het Plaza Palermo Viejo. De zoektocht naar een bankautomaat die niet leeg was verliep iets later minder vlot en eindigde zelfs volledig zonder succes. De feestdagen midden in het weekend hadden blijkbaar alle bankautomaten in BA laten leeglopen. Dankzij Mister Visa gingen we toch nog met een goedgevulde buik naar bed in een kamer zonder airconditioning, iets wat bij 35C en een vochtigheidsgraad die tegen de 90% aanloopt anders geen al te grote luxe is.

Maandag 27 December 2010
Op maandag begon ons echte toeristische bezoek aan Buenos Aires. Eerste halte was de wijk Boca. Hier ligt het stadion van de legendarische Boca Juniors, hier werd Maradonna groot, maar daarvoor kwamen wij niet, alhoewel we een Maradonna look-a-like tegen het lijf liepen die voor ongeveer 20 euro wel met je op de foto wou, nee bedankt. Wij werden vooral aangetrokken door de kleurrijke huisjes in de straten. Boca was de wijk waar jaren geleden de inwijkelingen terechtkwamen. Zij werkten er in de haven of de visserij. De overschot van de verf waarmee de boten werden opgelapt werd gekwakt op de ijzeren golfplaten waaruit de huizen in de wijk waren/zijn opgetrokken, wat de wijk zijn typische kleurrijke uiterlijk geeft. Naast de kleurrijke gevels, herinneren de verschillende levensgrote poppen die uit de ramen van de huizen hangen aan de inwijkelingen van weleer. De meesten onder hen waren mannen die zonder vrouw naar het beloofde land waren getrokken. Zij zochten hun toevlucht in de verschillende huisjes van plezier die de wijk rijk was. Daar dansten ze op sensuele, uitdagende manier met de vrouwelijke (op)diensters, de tango was geboren. Net zoals de Maradonna look-a-like zijn centjes in Boca probeert te verdienen op de geschiedenis van de wijk, vind je in het straatbeeld verschillende mooi uitgedoste koppels die je voor enkele pesos in een gelijkaardig tango-kleedje steken, je in een tango-pose plaatsen en een foto voor je nemen. Wij waren echter meer geinteresseerd in de echte tango-dansers die op de terrassen van elk cafeetje in de straat het beste van zichzelf gaven, begeleid door een liveband.
Na Boca voldoende te hebben verkend, het is niet de veiligste wijk van BA en je gaat dus best niet te ver, namen we een bus tot in de San Telmo wijk. Daar stapten we uit om door deze buurt te flaneren en om te lunchen. We wandelden daarna in een adem door tot aan de oude haven die op een schitterende manier gerestaureerd werd. Dit is een van de duurdere wijken van BA. Een ijsje kon er nog net af, maar de 500 euro voor een kamer in het Hilton hotel was er net iets te veel aan. We doen het nog wel een dagje zonder airco dan. Vanuit de havenwijk is het niet ver tot aan het historische centrum van de stad met als blikvanger het presidentiele paleis. Niet zozeer omwille van de architectuur, alhoewel die er ook zeker mag zijn, maar vooral omwille van de historische waarde van de plaats. Vanop het balkon van dit paleis spraken Eva -Evita, van de gelijnamige film met Madonna in de hoofdrol- en haar man, president Perron, hun landgenoten toe en bekoorden zo de harten van de Argentijnse middenklasse, vrouwen en armeren. Verder wierpen we rond het centrale plein nog een blik op de kathedraal en het oude gouverneurspaleis dat tevens het eerste stadhuis van BA was.
Omdat we toch al aan zo een volle dag bezig waren, besloten met de metro terug naar ons hostel te bollen. Die laatste rit was misschien wel, onverwacht, het mooiste historische bezoek van de dag. We stapten in een metrostel dat nog moet dateren uit de tijd dat de metro voor het eerst in dienst werd genomen, het metrostel zelf, de banken, de deuren, alles was er nog volledig uit hout. Zowaar een verborgen toeristische trekpleister. Het was al ver na acht uur toen we in ons hostel aan onze soep met broodmaaltijd begonnen. Niet veel later lagen we weer te koken in ons bedje - geen lakens nodig.

Dinsdag 28 December 2010
Another sunshiny day, 32C vanaf minuut 1 en vochtig voor de pest - alles plakt! Op dinsdag wilden we vooral de immense Recoleta begraafplaats van Buenos Aires bezoeken. Omdat het toch aangenaam wandelen was in de stad besloten we om niet onmiddellijk met de metro tot de begraafplaats te gaan, maar eerst nog eens de Avenida 9 de Julio te gaan bewonderen en in adem langs het opera-house te wandelen. Toch weer allemaal de moeite waard. Het was al iets na twee toen we eindelijk bij de begraafplaats aankwamen en die was behoorlijk indrukwekkend. Hier staan duizende kappellen tegen elkaar aangebouwd waarnaast de kapel aan de staatsschool in Meeuwen een brievenbus lijkt en de kerk in Stevoort of het begijnhof in Leuven maar net niet voor hoeft onder te doen (en soms wel trouwens). Zoals elke goede toerist die deze begraafplaats bezoekt gingen ook wij op zoek naar het graf van Eva Perron en haar (ouderlijke) familie. Na een half uur door het kerkhof te hebben gedwaald, waren we zeker dat we de graftombe der graftombes hadden bereikt, waarom zouden er anders 20 toeristen rond een enkele tombe staan te gapen. En jawel daar rust Evita Perron en haar familie en hingen de bloemen tegen de gevel. Drie kappelletjes verder stond de vuilnisbak met verwelkte bloemen en lege flesjes water... respect voor de (andere) doden!?! De tombe van de familie was mooi verzorgd(sommige op het kerkhof waren dat minder), maar was niet erg groot, vergeleken met hele kerkgebouwen waarin mensen begraven lagen. We waren blij dat we, deze weliswaar erg toeristische plaats, niet aan onze neus hadden voorbij laten gaan.
Vastberaden dit keer niet te laat terug in het hostel te zijn, zetten we, na de lunch dichtbij het Kerkhof, koers naar Palermo. We hadden nog even tijd voor de Japanse tuin, die we net zo goed hadden kunnen overslaan. Op de terugweg (te voet) werden we plots voorbijgereden door grote 4x4's op een stuk van de weg dat duidelijk was afgesloten. Hier zouden morgen de wagens van de Dakar rally ten toon worden gesteld, wij moesten het echter doen met de perswagens en een vriendelijke Franse journalist die ons fier vertelde dat het zijn 30ste Dakar was, de 3de in Zuid-Amerika. We waren toen al bijna terug in ons hostel. Daar wachtte een heerlijke assado (bbq), georganiseerd door het personeel van het hostel, en een vodka-jelly als dessert. Die behoorlijk straffe jelly was meteen de aanzet voor meer onverantwoord drankgebruik in een drinkspelletje met twee lokale Argentijnen (broer en zus), een Zweed die het na 10 minuten al echt niet meer zag zitten, de werknemer van het hostel die op dat moment de dienst uitmaakte en een Amerikaan die er maar niets van begreep. Tegen half drie en met een vroege vlucht in het vooruitzicht hielden wij het na het spelletje voor bekeken, de rest dook nog het zwoele Argentijnse nachtleven in. We hebben ze niet meer gezien.